Schisis

Een schisis is een medische term voor een aantal verschillende aangeboren afwijkingen die een kind kan hebben (zie afbeelding 3). Bij een schisis is er sprake van een opening in de lip, kaak en/of het verhemelte (Gortzak, 2011). Tussen de zesde en tiende week van de zwangerschap worden de lip, bovenkaak en het verhemelte gevormd. Bij kinderen met een schisis wordt dit, door een miscommunicatie tussen de genen, niet volledig gesloten waardoor er een opening ontstaat. 

Er zijn verschillende soorten schisis met ieder andere gevolgen. Dit kunnen gevolgen zijn voor het gehoor, de spraak en het slikken (Leslie & Marazita, 2013). 

Afbeelding 3: soorten schisis (Gaever, 2020)

Op deze website wordt er voornamelijk ingegaan op het spreken en slikken.

Om goed te kunnen spreken en slikken is het belangrijk dat de neusholte (groene op afbeelding 4 & 5) kan worden geopend en afgesloten. Het zachte verhemelte (roze) en de achterste keelholte (oranje) zorgen hiervoor door naar elkaar toe te bewegen, zoals je ziet op afbeelding 5. Er is te zien dat op afbeelding 4 de neusholte open is en op afbeelding 5 is deze gesloten. Bij een schisis kan het zijn dat dit anders verloopt en de neusholte niet goed wordt geopend en afgesloten. Dit wordt ook wel een velofaryngale stoornis genoemd (Sphrintzen & Marrinan, 2009). 

Afbeelding 4: open neusholte. (Illustratie gemaakt door Veerle Schoenmaekers, 2021)

Afbeelding 5: gesloten neusholte. (Illustratie gemaakt door Veerle Schoenmaekers, 2021)